KISS en The Dead Daisies in Amsterdam

KISS en The Dead Daisies Amsterdam
Donderdag 18 juni 2015 in de Ziggo Dome.

Bands die je muzikaal hebben gevormd, blijven altijd speciaal. Dat gaat dus zeker op voor KISS, dat mij net als Status Quo eind jaren zeventig op het juiste pad van de hardrock en uiteindelijk heavy metal hebben gezet. Een mooie gelegenheid om weer wat jeugdherinneringen op te halen en eens te kijken hoe de band er anno 2015 voor staat.

deaddaisies400

Een openingsact van KISS heeft het niet gemakkelijk. Aan de ene kant heb je het voordeel dat je voor een groot publiek kan spelen, aan de andere kant zit dat publiek eigenlijk alleen maar te wachten op de headliner. Dat lot is deze keer The Dead Daisies beschoren. Deze band bestaat uit maar liefst 14 muzikanten, die bij toerbeurt deel uitmaken van de live line-up. De bekendere namen van vanavond zijn zanger John Corabi en bassist Marco Mendoza, die driftig met plectrums strooit. Verrassend is wel, dat er ook een gastoptreden is van bassist Chris Glenn. Hoezeer de band haar best ook doet met een mix van hardrock, rock ‘n’ roll en een vleugje southern rock, op een paar fanatiekelingen na reageert het grootste deel van het publiek nauwelijks. Ook de covers Hush en Helter Skelter brengen daar geen verandering in. Na iets meer dan 40 minuten is het dan tijd voor de ombouwpauze, die plaatsvindt achter het snel opgehangen bekende zwarte doek met het KISS logo.

kissziggo400

Na een dik half uur wachten, waarbij er in de zaal gelukkig diverse lopende biertaps voorbij komen, is het dan zover. De roemruchte woorden “You wanted the best, you got the best! The hottest band in the World, KISS” klinken, de eerste bommen gaan af, het doek verdwijnt en het openingsnummer Detroit Rock City wordt door KISS, de zaal in geslingerd, direct gevolgd door Deuce en Creatures of the Night, allen onder regelmatige begeleiding van bommetjes en vuurstoten. De stemming zit er dan gelijk goed in, ondanks een dan al duidelijk te horen minpunt. De sleet zit hoorbaar niet alleen op, maar ook onder en naast de stembanden van Paul Stanley. Dat wordt later op de avond nog extra duidelijk bij wel erg pijnlijke momenten tijdens de nummers Love Gun en I Was Made for Lovin’ You. Kennelijk heeft Paul dit zelf ook wel door, want hij neemt totaal geen deel aan de achtergrondzang bij de refreinen van de nummers die door Gene Simmons en Eric Singer gezongen worden.

kissziggo401

Als entertainer is hij echter nog steeds van grote waarde, gebruikt hij zijn tong regelmatig als onderlegger voor een plectrum en komen we er achter (voor zover we dat nog niet wisten) dat zijn moeder vroeger in Amsterdam gewoond heeft. Gevoel voor zelfspot heeft hij ook, als hij het nummer Hell or Hallelujah (overigens het enige nummer dat gespeeld wordt van de laatste twee albums) verhaspelt aankondigt als een toekomstige KLISS(!)-classic. Op visueel gebied als ook qua showelementen zit het nog steeds wel snor bij KISS. Zowel de achterkant, zijkanten en bovenkant van het podium worden benut, soms als groot scherm om de muzikanten duidelijker in beeld te brengen, soms om andere visuele beelden te projecteren. De vuurstoten en bommetjes komen ook geregeld tot uitbarsting. Uiteraard ontbreken ook de geijkte showelementen niet. Denk hierbij maar aan de “vuurpijlen” uit de gitaarhals van Tommy Thayer, het vuurspuwen en bloed uit de mond van Gene Simmons en het opstijgen naar een hoog platform na een wel heel duivels klinkende bassolo, om vervolgens God of Thunder ten gehore te brengen.

kissziggo402

Het publiek wordt door Paul Stanley ook weer in delen verdeeld, om te horen welk deel er het meeste lawaai kan maken. Paul zelf maakt ook weer het luchtreisje over het publiek heen, om achter de mengtafel op een klein en ronddraaiend podium te landen om vervolgens Love Gun en het openingsstuk van Black Diamond ten gehore te brengen. Het publiek in de arena keert zich dan ook massaal om, om Paul goed te blijven volgen zolang als hij daar staat. Dat lijkt me toch wel een aparte ervaring, dat de drie overgebleven muzikanten tegen duizenden ruggen staan aan te kijken. Het hoort natuurlijk allemaal bij een KISS concert. Muzikaal staat het ook gewoon goed, niet in de laatste plaats door de nog steeds lenige drummer Eric Singer. Dat de band op drie nummers van Creatures of the Night na voornamelijk leunt op materiaal van voor 1979 maakt ook niet uit voor het publiek.

kissziggo403

Het laatste nummer van de toegift is uiteraard Rock and Roll All Nite en daar wordt nog één keer alles uit de kast gehaald aan showelementen. De duizenden en duizenden vloeipapiertjes uitbrakende spuiters, vuurwerk en bommetjes. Eric Singer gaa met zijn drumstel ook nog een keer de hoogte in en de hydraulische “uitschuifladders”, die Tommy en Gene zo’n 15 meter van het podium af brengen en hiermee boven het publiek komen te staan maken indruk. Na bijna 90 minuten komt hiermee een eind aan een onderhoudend concert. Op basis hiervan kan gesteld worden, dat een KISS-concert nog steeds de moeite waard is, maar dat je de slechte stem van Paul Stanley wel voor lief zal moeten nemen.

kissziggohoog

Eerste vier foto’s KISS: Sanne Zeën

Links: